In het fiscale jaar 2017 was de Amerikaanse federale politie FBI niet in staat om 7.775 mobiele apparaten te openen. Reden: encryptie. FBI-directeur Christopher Wray maakte hier melding van op een conferentie aan de New Yorkse universiteit van Fordham.
Volgens de politiechef is dit ruim de helft van alle apparaten die de federale politie onderzocht. Wray noemt dit zogenaamde ‘Going Dark-issue’ net als zijn voorgangers een groot probleem. “Encryptie staat zorgvuldig onderzoek ik de weg,” zo stelt hij.
“We zijn niet geïnteresseerd in het inzien van de miljoenen apparaten van gewone burgers. Maar we willen natuurlijk wel de toestellen inzien die worden gebruikt bij de opzet en uitvoering van terroristische of criminele activiteiten.”
Achterdeur
Wray pleit dan ook voor het verzinnen van een goed ontworpen oplossing om toch toegang te krijgen tot juist deze apparaten.
De Federale politie vraagt inmiddels niet meer om een achterdeur. Wel zou de informatie op als verdacht aangemerkte telefoons volgens de dienst met een gerechtelijk bevel alsnog openbaar moeten worden. “Alleen metadata van mails en andere communicatie inzien is niet voldoende,” stelt Wrey.
Telefoonfabrikanten liggen vaker in de clinch met de overheid over dergelijke zaken. In 2016 beval de FBI Apple om een achterdeur in te bouwen om de beveiliging van een iPhone te omzeilen van de zogenaamde San Bernadino Shooter. Deze schutter doodde in 2015 zeker 15 mensen.
Volgens de FBI-directeur zijn er juristen nodig om de ontstane gaten in de wetten te dichten. “Veel van de wetten lijken op veel oude verkeerswetten, die vaak nog stammen uit de tijd van de koets.”
