Voorzitter DHPA Michiel Steltman: Sneller innoveren dankzij de cloud

Voorzitter DHPA Michiel Steltman over kansen en bedreigingen voor Nederlandse hostingsector

 Na Schiphol en de Rotterdamse haven is onze digitale infrastructuur de derde mainport van Nederland. Het is een groeiende bedrijfstak die innovatie hoog in het vaandel heeft staan. Op de hierna volgende pagina’s komen diverse cloud service providers aan het woord over belangrijke thema’s voor organisaties die een overstap overwegen.

 

SaaS, IaaS, PaaS; het aantal leveranciers dat gebruik maakt van de cloud om software of infrastructuur ter beschikking te stellen aan klanten groeit gestaag. Niet vreemd, want it-managers durven in toenemende mate de stap te nemen. Ze zien al veel langer de voordelen van dit nieuwe business-model, zoals voorspelbare kosten, pay per use, eenvoudig op- en afschalen, eenvoudig aan- of uitzetten van functionaliteit. Maar ze lieten zich weerhouden door twijfels over security, privacy en continuïteit: wie kan er allemaal bij mijn data? Wat gebeurt er als mijn cloud-provider failliet gaat? Hoe makkelijk kan ik overstappen naar een andere dienstverlener als ik ontevreden ben? Zoals u op de hierna volgende pagina’s kunt lezen, heeft u door een steeds breder aanbod van diensten steeds meer keus en is de kans groot dat u een aanbod vindt dat bij uw eisen en wensen past.

 

Digitale infra zorgt voor kansen

Dat is mooi voor klanten, voor aanbieders en voor de Nederlandse economie als geheel. Want onze digitale mainport is essentieel voor toekomstige economische groei, meent Michiel Steltman, directeur van de stichting Dutch Hosting Provider Association (DHPA). Hij staat graag op de zeepkist om niet alleen het Nederlandse bedrijfsleven, maar met name ook de overheid te vertellen hoe uniek onze positie in Europa en de wereld is en welke kansen er liggen als we optimaal gebruikmaken van onze krachtige infrastructuur, met de AMS-IX en de grote hoeveelheid datacenters. “Het ministerie van EZ heeft onze sector jarenlang genegeerd. ICT werd gezien als noodzakelijk kwaad. In het hele topsectorenbeleid kwam de term ICT niet eens voor. In januari stuurde minister Kamp een notitie naar de Tweede Kamer die duidt op een fundamentele verandering in de visie van EZ op dit onderwerp. Daar komt bij dat wij als DHPA eindelijk worden betrokken bij debatten en dialogen. Jarenlang is onze sector in Den Haag enkel en alleen vertegenwoordigd geweest door Nederland ICT en de telecomsector. Het begint nu door te dringen dat het juist onze digitale infrastructuur is die voor kansen zorgt.”

Om die kansen te pakken, is het wel noodzakelijk dat we toekomstige arbeidskrachten op de juiste manier opleiden. Daar schort het momenteel flink aan, vindt Steltman. “Het MBO is hofleverancier aan enerzijds het HBO en anderzijds de arbeidsmarkt. Als je kijkt welke ict-opleidingen het MBO biedt, dan blijft dat beperkt tot de meer creatieve richtingen zoals webdesigner, of de administratieve kant. Er is helemaal niets op het gebied van infrastructuur. Wij maken ons hard voor een breder onderwijsaanbod, met name in het MBO.”

 

Nieuwe business-modellen

Een ander belangrijk aandachtspunt is ondernemerschap en innovatie in het bedrijfsleven. Bedrijven moeten zich realiseren dat ze dankzij ontwikkelingen als de cloud sneller kunnen innoveren en wezenlijk nieuwe diensten aan hun klanten kunnen aanbieden, denkt Steltman. “Gelukkig hebben buzz words als big data en cloud gezorgd voor veel aandacht voor ICT. Bedrijven realiseren zich dat de economies of scale die de cloud biedt dermate groot zijn, dat ze gek zijn als ze daar niet van meeprofiteren. Ook zien vrijwel alle organisaties dat ze iets moeten doen met de bergen data die ze genereren. Dat is mooi. Maar het is niet allemaal halleluja.”

Steltman vindt dat de cloud nog teveel wordt gezien als een technologievraagstuk. “Dat is het niet. Het is een sourcing-vraagstuk. Het levert de kans op om nieuwe business-modellen te ontwikkelen. Je ziet schoorvoetend wel wat initiatieven op dat terrein, maar over het algemeen nog (te) weinig. Neem bijvoorbeeld de zorg, een sector die jarenlang heeft gepraat over het op handen zijnde tekort aan verpleegkundigen. Er zijn een paar ziekenhuizen en ouderenzorgorganisaties die nu grote stappen zetten in het digitaliseren van hun dienstverlening, waardoor patiënten meer contactmomenten kunnen hebben met hun arts of met een verpleegkundige, terwijl dat minder kost. Het is een heel nieuw business-model dat de zorgsector kan ontwikkelen door gebruik te maken van de digitale infrastructuur.”

Dit vraagt wel dat een belangrijke randvoorwaarde goed is geregeld: vertrouwen in de security en privacy. Steltman: “De Nederlandse hosting providers hebben de security heel goed op orde. Toch is het vertrouwen van de bevolking laag, met name het vertrouwen in overheidsdiensten. Dat imagoprobleem staat veel innovatie in de weg. Het is dan ook een belangrijk speerpunt van ons als DHPA om dat vertrouwen te verhogen. Niet alleen vertrouwen in zaken als security en privacy, maar ook in de kwaliteit en continuïteit van dienstverlening en het gemak van overstappen naar een andere provider. We zien dat organisaties nog veel twijfels hebben op dat gebied. Het is aan ons om die weg te nemen.”

 

Omarm de uitdagingen

Steltman besluit met een advies aan ict-managers: “The cloud and the connected society are here to stay. Dat brengt problemen met zich mee, bijvoorbeeld op het gebied van privacy en security. Dat zijn belangrijke uitdagingen die je niet moet onderschatten. Maar het heeft ook geen zin om daarom te zeggen: wij stoppen met een verdere digitalisering van onze diensten of wij maken de overstap naar de cloud niet. Je moet vooruit, en liefst in een hogere versnelling dan de meeste bedrijven vandaag de dag laten zien. Mijn advies is daarom: omarm de uitdagingen en zoek een manier om ermee om te gaan. De connected samenleving draai je niet meer terug. Dus ga erin mee.”

 

Zes speerpunten

Vorig jaar heeft de DHPA samen met AMS-IX, ECP, Rabobank en Deloitte onderzoek gedaan naar het economisch belang van de infrasector voor Nederland (zie www.dhpa.nl/imago-onderzoek/). Hieruit komt naar voren dat Nederland een leidende positie heeft in Europa en zelfs de wereld, maar dat er onvoldoende wordt gedaan om die positie te behouden. De partijen hebben zes aanbevelingen geformuleerd om onze kracht verder uit te bouwen.

  • Focus op innovatie. Daarvoor is een ondernemersgeest nodig.
  • Verbeter opleidingen, zodat we straks personeel hebben dat gekwalificeerd is voor de eisen van de digitale economie.
  • Stel een evenwichtige regelgeving op op basis van een gedetailleerd inzicht in de sector in internationaal perspectief. Regelgeving moet zo min mogelijk een belemmerende factor zijn.
  • Stel de beschikbaarheid van datacenters en elektriciteit op de lange termijn zeker. Verschillende stakeholders (zoals de sector, overheid, energieproductie en -distributie) moeten hiervoor samenwerken.
  • Stimuleer investeringsmethoden die zijn gericht op de digitale sector. In het huidige economische klimaat hebben vooral kleinere bedrijven moeite om voldoende investeerders aan te trekken.
  • Maak gebruik van geschikte industriemodellen die passen bij de belangrijkste producten en diensten in deze snel veranderende markt. Op dit moment is de digitale infrastructuursector bijvoorbeeld onzichtbaar in de economische statistieken vanwege SBI-codes die niet passen bij de producten en diensten in deze nieuwe sector.

Om dit te realiseren is uitgebalanceerd beleid nodig. Geen beleid dat alleen reageert op excessen, maar beleid dat rekening houdt met het economisch belang van de sector.