De heup van mijn vader

Portret Bart Stofberg

Mijn vader is 89 en nog uiterst sportief. Hij heeft altijd gesport, leeft gezond, wandelt veel en doet de boodschappen op de fiets. Hij heeft geen grammetje vet en heeft in zijn hele leven nog nooit medicijnen gehad. Zelfs paracetamol heeft hij nauwelijks genomen. De enige keren dat mijn vader en moeder in een ziekenhuis komen, is op bezoek bij mij, als ik er weer lig.

Tot 29 juni. Toen brak mijn vader zijn heup. Op maandagavond werd hij geopereerd, er moest een nieuwe kop op. Volledige narcose, veel medicatie, zoals haldol en oxazepam. Mijn vader heeft een sterk lijf, die breuk en dat gesnij kwam hij snel weer te boven, maar mijn vader heeft ook een kwetsbaar lijf, dat overgevoelig is voor medicijnen. En nu was hij in een protocol terecht gekomen dat uitgaat van gemiddelden. Van een gemiddeld lijf bijvoorbeeld. Maar mijn vader heeft geen gemiddeld lijf, integendeel. Door alle medicatie was hij dinsdagnacht helemaal in de war. Hij wilde naar huis, en werd lastig. Een heleboel medicijnen later sliep hij eindelijk, maar woensdagochtend was hij duf, hij reageerde helemaal nergens op. Diagnose: een delier, dat komt vaak voor op die leeftijd. En dus structureel meer haldol en meer oxazepam. Gelukkig was hij dinsdagnacht zo lastig geweest, dat hij op een aparte kamer werd gelegd. Alleen.

En toen zijn wij ons ermee gaan bemoeien. 24 Uur per dag zijn we bij hem gebleven, om hem steeds weer gerust te stellen. Mijn zus heeft drie nachten van tien tot tien bij hem gewaakt. En we hebben alle medicijnen tegengehouden. Zaterdag mocht hij naar huis. Volgens de arts was er geen enkele sprake van een delier. Tien dagen na de operatie kwamen de lichtjes in zijn ogen terug, twee weken na de operatie heeft hij anderhalve kilometer gewandeld, met een rollator. Inmiddels loopt hij weer als een kievit, zijn geheugen blijft kwetsbaar.

De zorg is de afgelopen jaren sterk geprotocolleerd en gemedicineerd. IT heeft enorm aan die ontwikkeling bijgedragen. Dankzij die protocollen zijn ziekenhuizen goedkoper geworden, maar ook betrouwbaarder, voorspelbaarder, efficiënter, effectiever en transparanter. En onpersoonlijker. En daar heeft IT een dure plicht. Want dat hoeft helemaal niet. Juist IT kan ervoor zorgen dat we én betrouwbaar, voorspelbaar, efficiënt, effectief en transparant zijn én iedere patiënt een passende behandeling geven. Kwestie van de juiste systemen kiezen en die op de juiste manier inrichten. Kwestie van de mogelijkheden van nieuwe technologieën benutten en een kwestie van goed datamanagement.

De politiek en de verzekeringsmaatschappijen hebben hun financiële problemen afgewenteld op de ziekenhuizen. Als we niet uitkijken, wentelen de ziekenhuizen hún financiële problemen af op hun patiënten. Op mijn vader. Op je eigen ouders. Vroeger zorgde een goed ziekenhuis vooral goed voor zijn patiënten, tegenwoordig zorgt een goed ziekenhuis vooral goed voor zijn financiën. Dat kan best allebei: én goed voor de patiënten én goed voor de financiën. IT heeft de sleutel in handen.

Geef een reactie

Gerelateerde berichten...