Zorgen patiënten om privacy e-healthdiensten

nederlanders Privacy First Privacy Awards

E-healthdiensten zijn populair bij Europese zorgorganisaties. Zeker 93 procent van de Europese medische organisaties heeft ze in huis. Maar zeker 30% van de patiënten maakt zich zorgen om hun privacy. Dat blijkt uit een steekproef.

Het gaat om systemen voor monitoring op afstand via wearable devices en realtime communicatie met patiënten. Die zorgen leven ook bij patiënten in Nederland, waar veel zorginstellingen dergelijke e-health-oplossingen hebben.

Van de Europese zorgverleners is 45 procent na de pandemie begonnen met het gebruik ervan. In Nederland ging het om 30 procent. Tegelijkertijd heeft 67 procent van de Europese respondenten gevallen meegemaakt waarbij patiënten e-healthdiensten weigerden vanwege zorgen over de security. In Nederland is dat 30 procent.

De wereldwijde gebeurtenissen in de gezondheidszorg in 2019-2020 brachten veranderingen in de perceptie van mensen over de sector. Medische organisaties pasten  zich aan aan de nieuwe omstandigheden. Vandaag de dag is 56 procent van de zorginstellingen van plan om hun investeringen in e-health en virtuele zorgoplossingen te verhogen.

Waardeverhogend

Volgens de steekproef vindt 65 procent van de Europese respondenten en 80 procent van de Nederlandse respondenten dat e-healthdiensten de komende vijf jaar de meeste waarde zullen toevoegen aan de gezondheidszorg. Bijna de helft van de Europese organisaties (41%) is het ermee eens dat de meeste van hun patiënten liever sessies op afstand willen dan persoonlijke sessies. Dat is vooral vanwege het gemak.

De meest voorkomende dienst is het op afstand monitoren van patiënten via wearable devices (47%). Op de tweede plaats staat synchrone e-health (44%), zoals realtime communicatie met patiënten, inclusief videogesprek of chat. Op drie staan de non-wearable devices (33%), bijvoorbeeld apps.

Bezorgd over privacy

Toch maakt 67 procent van de Europese respondenten gevallen mee waarin patiënten een videogesprek met medisch personeel weigerden. Daarbij meldde 43 procent dat mensen geen e-health diensten wilden gebruiken  vanwege bezorgdheid over privacy of gegevens. Andere redenen waren onwil om op video te verschijnen (29%), ontbreken van de juiste apparatuur (21%) en een algemeen gebrek aan vertrouwen in e-health (19%).

Niet alleen patiënten maken zich zorgen over hun privacy. Van de zorgverleners geeft 76 procent aan dat clinici in hun organisatie zorgen hebben of hadden over de gegevensbescherming van patiënten bij sessies op afstand. Slechts 30 procent heeft er veel vertrouwen in dat hun organisatie over de nodige veiligheidsmaatregelen beschikt.

Daarbij komt dat 24 procent van de Europese zorgverleners te maken kreeg met gevallen, waarin hun medewerkers persoonlijke gegevens van klanten hebben gecompromitteerd tijdens consulten op afstand. Daarnaast is 36 procent van de zorgverleners van mening dat hun clinici niet goed begrijpen hoe de gegevens van patiënten worden beschermd. Toch is 53 procent van hen van mening dat het belangrijk is dat de gezondheidszorgsector nog meer persoonsgegevens verzamelt om de sector verder te ontwikkelen. 70 procent van de Nederlandse organisaties is het daarmee eens.

Wel is het zo dat 36 procent van de Europese respondenten toegeeft dat sommige van hun clinici sessies op afstand uitvoeren met apps als FaceTime, Facebook Messenger, WhatsApp, Zoom en degelijke.

Lees ook:
  • “Schaarste in de zorg is een grote uitdaging” – Marco Scherer, CIO UMCG
  • Hoelang kan een ziekenhuis zonder haar ICT?

Gerelateerde berichten...