Calculerend gedrag

Portret Bart Stofberg

Deze maand zijn de eindexamens weer begonnen. Als je de commentaren moet geloven kan de helft van de scholieren niet rekenen en vertoont de andere helft ongewenst calculerend gedrag. Dat eerste is natuurlijk raar en naar, maar geldt dat ook voor dat tweede?

Vanaf inmiddels groep 1 worden kinderen op allerlei manieren gemeten en de uitkomst in getallen heeft grote gevolgen. De CITO-toets bepaalt in hoge mate de schoolkeuze en daarmee de rest van je leven. Als je op de middelbare school tienen haalt voor wis-, natuur-, en scheikunde en een vier voor Engels en een vijf voor Frans, ben je gezakt, met allemaal zessen ben je geslaagd. Onderliggende boodschap: Steek de meeste energie vooral in je zwakheden en niet in je kracht. En als ze dat dan doen, is het weer niet goed: Calculerend gedrag! Op de universiteit gaat dit circus onverdroten door. Mijn dochter heeft het over zes- en negenpuntsvakken, pas daarna vertelt ze waar het over gaat. We hebben succes geherdefinieerd naar een paar getallen en vinden het raar dat onze kinderen daar de juiste conclusies uit trekken. Anders gezegd: We stoppen de kinderen vol met extrinsieke motivatie en zijn dan verbaasd dat de intrinsieke motivatie is verdwenen.

In de meeste bedrijven gaat het net zo. Toen ik jong was, was een KPI een Indicator, zeg maar het begin van nadenken. Wetende wat we hebben gemeten, wat is er eigenlijk aan de hand? Wat is onze visie daarop? En tot welke maatregelen moet dat leiden? Tegenwoordig is een KPI een Incentive, een getal dat je moet halen, omdat je dan je bonus krijgt, of omdat je anders een of andere sanctie krijgt. Wat heb je liever, een it-manager die zichzelf en haar organisatie de vraag stelt: “Hoe zorgen we ervoor dat informatie en IT optimaal bijdragen aan het succes van de onderneming?”, of een it-manager die zichzelf de vraag stelt: “Hoe zorgen we ervoor dat we de beschikbaarheid boven de 99 procent houden?

IT-managers zijn het hele jaar (zelf zullen ze zeggen 7×24) bezig met calculerend gedrag. Niet eens omdat ze het zelf willen, maar omdat ze ertoe worden gedwongen door hun bazen, die oprecht vinden dat dat de beste manier is om de onderneming te besturen. En ondertussen drijven we steeds verder af van wat er nodig is. Samen succes hebben. Samenwerken in een team, gedreven en ambitieus. In plaats daarvan vertrouwen we op calculerend gedrag. Alsof je kunt uitrekenen of je op iemand kunt rekenen.

Als kwaliteit meetbaar was geweest, hadden we het wel kwantiteit genoemd. Kwaliteit is fit for purpose, het moet bijdragen aan het doel, in dit geval dus het succes van de onderneming. Ja, digitalisering heeft de wereld veranderd, maar waar computers steeds complexer worden, worden mensen steeds simpeler. Zou er iets mis zijn met onze scholing?

Bart Stofberg is organisatieveranderaar bij Quint Wellington Redwood

Geef een reactie

Gerelateerde berichten...