Gemeenteraden spreken te weinig over digitalisering

bedrijven

Gemeenteraden spreken te weinig over digitalisering. En zeker niet over de maatschappelijke en sociale gevolgen ervan. Dat concludeert het Rathenau Instituut op basis van gesprekken met raadsleden, wethouders, griffiers en deskundigen uit gemeenten. Ze zijn samengevat in het rapport Raad weten met digitalisering.

Het instituut schreef het rapport op verzoek van de Vereniging van Griffiers, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het Rathenau Instituut geeft vijf stappen waarmee je lokale volksvertegenwoordigers kunt helpen. Daarmee kunnen ze bewustere keuzes maken bij digitalisering.

Nieuwe mogelijkheden

Gemeenten zien volgens het instituut steeds meer nieuwe mogelijkheden op dit terrein. Zo kunnen ze bijvoorbeeld via slimme lantaarnpalen niet alleen hun straten verlichten, al dan niet afgestemd op de actuele verkeersdrukte, maar ook toezicht houden op de veiligheid in buurten.

Zo kunnen ze burgers de mogelijkheid bieden om accu’s van elektrische auto’s en fietsen op te laden. Maar gemeentelijke digitaliseringsprocessen blijken ook regelmatig onverwachte neveneffecten te hebben. En die zijn vaak ongewenst.

Bewust

Er zijn drie belangrijke redenen waarom digitalisering zelden een onderwerp is op de agenda van de gemeenteraad, concludeert het Rathenau Instituut. Raadsleden zijn zich vaak nog te weinig bewust van de brede sociale en maatschappelijke impact van digitalisering. Daarnaast denken ze vaak dat ze onvoldoende kennis hebben om met dit thema aan de slag te gaan. Ook zien ze digitalisering vaak vooral als een uitvoeringskwestie en daarmee als iets dat niet onder hun verantwoordelijkheid valt.

‘Doordat gemeenteraden zich weinig over digitalisering uitspreken, ontbreekt het feitelijk aan de democratische legitimatie van de beslissingen die worden genomen’, zegt directeur Melanie Peters van het Rathenau Instituut. ‘Het denkraam dat we hebben ontworpen helpt raadsleden om digitaliseringskeuzes te zien als politieke keuzes.’

Het denkraam is in principe toepasbaar voor alle beleidsterreinen en bestaat uit vijf stappen. Daarbij gaat het om het vaststellen van de doelen en het in kaart brengen van de mogelijkheden om daar invloed op uit te oefenen (de sturing), de gewenste en ongewenste effecten die daarbij kunnen optreden en hoe de sturingsmogelijkheden zo kunnen worden ingezet dat de gewenste maatschappelijke effecten maximaal zijn en de ongewenste worden geminimaliseerd.

Gerelateerde berichten...