Ondanks de hoge verwachtingen rond generatieve AI (GenAI) in de zorg, blijkt dat een meerderheid van de zorgorganisaties nog worstelt met de implementatie. Volgens een nieuw wereldwijd rapport van NTT DATA, specialist in digitale bedrijfs- en IT-diensten, zegt 75 procent van de zorginstellingen niet te beschikken over de juiste vaardigheden om GenAI effectief toe te passen.
Vaardigheden
Het rapport, GenAI: The Care Plan for Powering Positive Health Outcomes, is gebaseerd op onderzoek onder 425 zorgbeslissers uit 33 landen. Uit de resultaten blijkt dat de kloof tussen ambitie en uitvoering aanzienlijk is. Meer dan 80 procent van de ondervraagden heeft een GenAI-strategie opgesteld, maar slechts 40 procent vindt dat die strategie daadwerkelijk aansluit bij de bredere organisatiedoelen.
GenAI
GenAI wordt in de zorg al ingezet voor onder meer snellere diagnostiek, taakautomatisering en voorspellende analyses. 94 procent van de respondenten ziet GenAI als versneller van research & development. Toch blijven het rendement en de voordelen achter bij de verwachtingen, onder meer door zorgen over dataveiligheid, privacy en ethiek. Slechts 42 procent acht hun huidige cybersecuritymaatregelen voldoende voor GenAI-toepassingen.
Volgens Jeroen van Hamersveld, Managing Director van NTT DATA Nederland, is er vooral in Europa werk aan de winkel. “Slechts 31 procent van de Europese zorginstellingen vindt dat er voldoende is geïnvesteerd in opslag- en verwerkingscapaciteit. Dat is lager dan het wereldwijde gemiddelde van 44 procent. De verouderde infrastructuur en beperkte datavolwassenheid zijn grote obstakels.”
Vertrouwen
Toch is het vertrouwen in de technologie groot. 87 procent van de zorgleiders vindt dat de voordelen van GenAI zwaarder wegen dan de risico’s. En 59 procent wil de komende twee jaar fors investeren.
Sundar Srinivasan van NTT DATA benadrukt het belang van mensgerichte implementatie: “Zorgorganisaties moeten GenAI integreren in hun strategie, investeren in training én zorgen voor een governance-structuur die menselijke betrokkenheid waarborgt. Alleen zo realiseren we betere zorguitkomsten én minder werkdruk.”