Nederlandse bedrijven heroverwegen hun afhankelijkheid van buitenlandse cybersecurityleveranciers en richten zich steeds meer op digitale soevereiniteit. Uit het State of Cybersecurity Report van de Europese specialist HarfangLab blijkt dat prestaties alleen niet langer de doorslag geven. Vragen over jurisdictie, juridische controle en operationele transparantie staan nu centraal. Meer dan de helft (54 procent) van de Europese IT-beslissers noemt datasoevereiniteit een belangrijke factor bij aankoopbeslissingen; in Nederland ziet 11 procent het zelfs als hoogste prioriteit.
Soevereiniteit
Het onderzoek, uitgevoerd onder 800 IT-besluitvormers in Duitsland, Frankrijk, Nederland en België, laat zien dat bijna tweederde van de Nederlandse respondenten digitale soevereiniteit belangrijker vindt dan een jaar geleden. Geopolitieke spanningen, zorgen over buitenlandse spionage en strengere regelgeving drijven deze verschuiving. In Nederland geeft 67 procent van de bedrijven aan dat soevereiniteit een kernoverweging is bij de keuze voor beveiligingsoplossingen.
Naast soevereiniteit noemen Nederlandse IT-beslissers strategische autonomie en flexibiliteit in implementatie (26 procent) als belangrijkste selectiecriterium, gevolgd door certificeringen (22 procent) en de kwaliteit van klantenservice (21 procent). Volgens HarfangLab’s Chief Strategy Officer Anouck Teiller wordt soevereiniteit daarmee een meetbare zakelijke prioriteit: “Ze willen weten waar data wordt gehost, wie de infrastructuur beheert en welke juridische kaders gelden.”
Buitenlandse technologie
De roep om onafhankelijkheid is breed: 70 procent van de Europese respondenten vindt dat bedrijven te afhankelijk zijn van buitenlandse technologie. In Nederland maakt 66 procent zich zorgen dat buiten de EU ontwikkelde cybersecurityproducten onder buitenlandse toezichtwetten vallen. 65 procent staat daarom open voor een overstap naar een Europese leverancier, die volgens 66 procent beter aansluit bij lokale compliance-eisen en volgens 64 procent meer inzicht heeft in het regionale dreigingslandschap.
Implementatiemodellen
Ook implementatiemodellen verschuiven. Hoewel 80 procent van de Nederlandse bedrijven nu hybride of cloudoplossingen gebruikt, verwacht 47 procent binnen twee jaar naar on-premise te gaan om meer controle te houden. Belangrijkste redenen zijn volledige regie over updates en infrastructuur (40 procent), lokale datacontrole (29 procent) en het verkleinen van afhankelijkheid van cloudproviders (27 procent).
Teiller benadrukt dat veiligheid niet alleen afhangt van locatie: “On-prem is geen wondermiddel, maar wél een keuze waarmee organisaties de regie kunnen behouden, mits goed uitgevoerd.”