30 juni duurt dit jaar een seconde langer dan een normale dag; iets waar computersystemen zich steeds weer in verslikken. De aankondiging van de schrikkelseconde door het International Earth Rotation Service (IERS) in Parijs viel viel dan ook niet in goede aarde bij veel grote IT-beheerders.
De aanpassing is eens in de paar jaar nodig om de tijdsnotering in de pas te laten laten lopen met de draaiing van de aarde. Ze moeten voorkomen dat atoomklokken voor gaan lopen op de zonnetijd. Op 30 juni duurt 23:59 dus 61 seconden, en geen 60.
Die enkele seconde levert beheerders echter hoofdbrekens op. Computersystemen raken namelijk ‘in paniek’ als ze twee keer met dezelfde seconde worden geconfronteerd, met een crash tot gevolg.
Hoewel de schrikkelseconde sinds 1972 bestaat en al 25 keer is toegepast, is het pas de laatste jaren een groot probleem geworden. Steeds meer systemen zijn afhankelijk van de tijdssynchronisatie die ze via het web gelijk laat lopen met de atomische klok.
De vorige schrikkelseconde in 2012 leidde al tot het uit de lucht gaan van veel websites, als LinkedIn, Mozilla en Reddit. In 2008 verslikten onder meer diverse software- en hardwareproducten van Oracle zich erin. De VS, Frankrijk en een aantal andere landen pleitten destijds op een bijeenkomst van de Internationale Telecommunicatiebond (ITU) voor het helemaal afschaffen van de schrikkelseconde.
Google werkt inmiddels aan een plan: de ene seconde wordt uitgesmeerd door steeds een milliseconde toe te voegen. Vooral de beheerders van systemen waarmee financiële transacties worden uitgevoerd zijn hier echter mordicus op tegen. Ook producenten van navigatie- en communicatiesystemen hebben bezwaren. Deze apparatuur kan namelijk slecht overweg met het uitsmeren van de seconde.