De 22ste editie van de Zwarte Cross – gezellig crossen in vaak absurde voertuigen, muziek en bier – trok dit jaar 220.000 mensen. Wifi is inmiddels een randvoorwaarde op het 160 hectare grote festivalterrein. Een kijkje achter de schermen met de ict-manager van organisator De Feestfabriek.
Maurice Haafs – in het dagelijks leven ict-manager bij ADP – is al vanaf het begin verantwoordelijk voor de IT bij de Feestfabriek: “In de beginjaren stelde dat niet zoveel voor, maar toen we richting de 50.000 bezoekers gingen, voldeden de antennes van alle grote telefonieproviders niet meer en moesten we het dataverkeer offloaden via wifi. Naast een service voor bezoekers was dit een voorwaarde van de hulpdiensten. De veiligheid komt in het geding wanneer medewerkers en bezoekers onderling niet kunnen communiceren bij een calamiteit.”
End-to-end digitalisering
Wifi zorgt ook voor de end-to-end digitalisering van processen zoals de kaartcontrole, de bevoorrading van de verkooppunten en de personeelsadministratie. Haafs vertelt dat zij alles – van kaartverkoop tot catering – in eigen beheer doen. “De 44.000 medewerkers hebben allemaal een polsbandje dat we scannen zodra ze met hun werk beginnen. Zo weten wij precies waar iedereen is en hoeveel uren ze werken. De 9.000 betaalde krachten hebben binnen anderhalve week hun salaris op hun rekening staan. Ook de logistiek van food & drinks is end-to-end geautomatiseerd. We scannen alles en weten daardoor precies hoeveel voorraad er nog op de verkooppunten is en wanneer we wat moeten aanvullen.”
Netwerkarchitectuur
Patrick Groot Nuelend is solutions architect bij Extreme Networks, de leverancier van de wifi. Hij legt uit dat je bij een festivalterrein van 160 hectare en een vier dagen durend festival veel minder goed voorspellingen kunt maken dan bijvoorbeeld in een stadion. “Mensen lopen continu rond, je kunt niet vooraf berekenen hoeveel capaciteit je wanneer op welke locaties nodig hebt. De backbone van het netwerk bestaat uit een ondergrondse glasvezelkabel met enkele aftappunten. Daarnaast loopt er een tijdelijke glasvezelring van 10 kilometer. Beide zijn rechtstreeks aangesloten op de Internet Exchange in Arnhem en Amsterdam. Een straalverbinding op het festivalterrein, die als hoofdverbinding voor de camping functioneert, dient als back-up. Het volledige terrein wordt afgedekt door hotspots die op glasvezel of de straalverbinding zijn aangesloten en via een mesh verbinding in contact staan met elkaar. Ieder hotspot telt zeven access points, die allemaal ongeveer 100 meter ver kunnen stralen. Het totale terrein wordt gecoverd door ongeveer 200 access points, die allemaal 256 gelijktijdige gebruikers kunnen faciliteren.”
Geen pay-per-use
De Feestfabriek schaft alle apparatuur zelf aan in plaats van te kiezen voor een clouddienst met pay-per-use. Haafs: “Er is geen enkele leverancier die dat tegen een aantrekkelijke prijs wil doen, want de omstandigheden waarin we de apparatuur inzetten zijn niet bepaald ‘garantiewaardig’. We moeten de editie van 2018 nog analyseren. Technisch is alles goed verlopen, maar we nemen in onze analyse ook de ervaringen met van mysterie guests. Want de beleving van een festival wordt vandaag de dag mede bepaald door de beleving van de wifi.”
Foto: Bart Heemskerk
