Luchtvaartmaatschappijen moeten in de nabije toekomst hun passagiersgegevens verstrekken aan een nieuwe nationale ‘passagiers informatie eenheid’ (Pi-NL). Dat zegt minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid in een wetsvoorstel aan de Tweede Kamer.
De overheid wil zo voorkomen en opsporen van terrorisme en ernstige criminaliteit makkelijker maken. De Pi-NL is een zelfstandige, gespecialiseerde eenheid met een eigen wettelijke taak en bevoegdheden. Ook kan een aantal instanties, zoals de politie en het Openbaar Ministerie, van de Pi-NL informatie over verdachte personen en hun reisgegevens krijgen.
Europese afspraken
Het wetsvoorstel komt voort uit Europese afspraken. Het is zowel bedoeld voor informatie over vluchten van en naar landen buiten de EU, maar ook binnen de EU zelf.
De nieuwe dienst Pi-NL komt onder de vleugels van de de Koninklijke Marechaussee (KMar). Pi-NL is daarbij wel zelfstandig in haar functioneren met eigen bevoegdheden.
De eenheid mag ook, onder voorwaarden, gegevens delen met ander overheidsinstellingen. Zo mag Pi-NL de passagiersgegevens zelf als de aanvullingen die daarbij krijgen van bijvoorbeeld Europol delen met de zelfde diensten in andere lidstaten van de EU. Pi-NL moet wel een functionaris aanstellen die speciaal kijkt naar gegevensbescherming.
Afweging
Volgens de minister is een zorgvuldige afweging gemaakt tussen het belang van de bestrijding van terrorisme en het privacybelang van de reizigers. Vandaar ook dat het wetsvoorstel verschillende waarborgen voor de privacy. Zo is de bewaartermijn van de gegevens beperkt.
Verder mogen er geen bijzondere persoonsgegevens zoals godsdienst en etnische afkomst worden verwerkt. Uitwisselen van gegevens met andere landen mag verder alleen onder strikte voorwaarden. De Autoriteit Persoonsgegevens houdt toezicht op de manier waarop de Pi-NL gegevens verwerkt en beheert.
Sneller pakken
Volgens de minister draait het allemaal om het sneller kunnen inrekenen van kwaadwillenden. “Als we beter weten waar en wanneer criminelen en terroristen reizen, hebben we ze ook sneller te pakken.” stelt hij in een toelichting. “Voor indiening van dit wetsvoorstel heb ik zorgvuldig de veiligheids-en privacybelangen afgewogen. Mijn conclusie is dat het goed is dat we hiermee ook in Nederland zo snel mogelijk aan de slag gaan.”
