“Blijf niet aan de zijlijn staan, maar doe mee”

VWS Secretaris-generaal Erik Gerritsen roept op: “Blijf niet aan de zijlijn staan, maar doe mee”

De manier waarop we momenteel de zorg in Nederland hebben geregeld, is niet ‘fit for the future’. “Maar we kunnen ons eruit innoveren door de mogelijkheden van digitale zorg en eHealth beter te benutten en meer aan preventie te doen.” Een gesprek met secretaris-generaal bij VWS Erik Gerritsen.

Gerritsen steekt van wal door te zeggen dat we een van de beste zorgsystemen van de wereld hebben. En dat dit goede systeem deels ten grondslag ligt aan de problemen waar we nu tegenaan lopen. “Mensen worden ouder, ook met een ziekte leven ze langer. Dus de zorgvraag stijgt. De arbeidsmarkt wordt krapper en er zijn minder beschikbare mantelzorgers. We noemen dat op het ministerie ook wel de schaar. Het is duidelijk dat we het niet gaan redden als we blijven doen wat we altijd al deden.”

 

Breed gedragen visie

Maar volgens Gerritsen er is ook goed nieuws. “We kunnen ons eruit innoveren. Er ligt al een hele goede en breed gedragen visie hoe we dat zouden moeten doen. Neem de taskforce ‘De juiste zorg op de juiste plek’ en kijk naar de vertaling die je overal om je heen ziet in beleidsplannen van zorgverleners. Kijk ook naar de laatste eHealth Monitor die concludeert: professionals willen meer doen met eHealth. Je ziet dat het op alle fronten beweegt, dat de onderstroom breder wordt. Maar eHealth en digitaal samenwerken zijn nog geen bovenstroom.”

Kortom, op heel veel terreinen hebben het ministerie, zorgverleners en ook leveranciers dezelfde visie. Maar de conclusie is ook: het gaat niet snel genoeg. Gerritsen: “De uitdaging waar we met z’n allen voor staan is opschaling. We zien nu op allerlei plekken mini-innovaties die aantonen dat de technologie werkt. Die ook aantonen dat innovaties zorgverleners en patiënten daadwerkelijk helpen. Maar we zien ook dat opschalen niet vanzelf gaat.”

Daar zijn diverse redenen voor. Het ministerie constateert dat er nog te vaak sprake is van stapeling: er komt wel een nieuwe technologie bij, maar er gaat niets af. Nieuwe digitale processen worden tegen de bestaande zorgprocessen aangeplakt, in plaats van dat de manier van zorgverlening helemaal opnieuw wordt ontworpen. Op die manier helpen innovaties niet de werkdruk te verlagen, maar verhogen ze die alleen maar.

Een andere drempel volgens Gerritsen is dat preventie van oudsher geen verdienmodel had. Maar het verdienmodel voor innovatieve zorgtoepassingen is inmiddels wel gecreëerd. Zo pakken verzekeraars steeds meer hun regierol door in de vorm van shared savings en meerjarencontracten zorgaanbieders ruimte te geven om hun processen te transformeren en de organisatie opnieuw in te richten. “Geld is het probleem niet als het verhaal klopt”, zegt Gerritsen. “We gebruiken niet voor niets #waarstaatdat. Er zijn geen financiële drempels meer die innovatie in de weg staan. En denk je toch een paarse krokodil gevonden te hebben, meld ’m dan. Want als we iets over het hoofd hebben gezien, werken we er graag aan om die belemmering weg te nemen.”

 

Verplichte elektronische gegevensuitwisseling

Een andere vertrager is het gebrek aan standaarden en aan goede infrastructuur voor informatie-uitwisseling. Gerritsen: “De afgelopen jaren heeft het ministerie ingestoken op vrijblijvend vrijwillig. Denk bijvoorbeeld aan het Informatieberaad Zorg, waarin partijen uit het zorgveld op basis van gemeenschappelijke drive en ambitie samenwerken aan afspraken en standaarden op het gebied van veilige toegang, authenticatie en identificatie. We zijn nu van vrijwillig maar niet langer vrijblijvend in de fase beland waarin we aanvullend op vrijwillig samenwerken ook met wetgeving gaan komen.”

Hij doelt daarbij onder meer op het Programma Elektronische Gegevensuitwisseling in de zorg, dat loopt tot eind 2023. Het programma kent twee sporen: het ontwikkelen van  bouwstenen voor taal en techniek en het verplichten van het zorgveld tot digitale gegevensuitwisseling. Begin 2020 zal er een internetconsultatie plaatsvinden; eind 2020 zal wetsvoorstel besproken worden in de Kamer. Er zijn al enkele gegevensuitwisselingen aangewezen die vanaf een bepaald moment verplicht elektronisch moeten verlopen.

Het ministerie gaat bij de ontwikkeling van het wetsvoorstel niet over één nacht ijs. Gerritsen: “Het is mega complex om iedereen uit het veld overeenstemming te laten vinden over standaarden, voorwaarden en randvoorwaarden. We hebben gezien dat het op basis van vrijwilligheid te traag gaat. Daarom heeft het zorgveld zelf tegen het ministerie gezegd: er moet een wettelijke verplichting komen. Leveranciers hebben intussen in de gaten dat het menens is en dat ze hun systemen nu echt gereed moeten maken om met standaarden te werken, want anders zijn ze op heel korte termijn out-of-business. We hebben het leveranciersoverleg vanuit het ministerie geprofessionaliseerd en communiceren duidelijker welke wetgeving eraan komt. De boodschap is heel duidelijk: stop met praten en start met implementeren.”

 

Nationale agenda MedTech

Het ministerie werkt momenteel ook hard aan de Nationale agenda MedTech 2020-2024. “Want met medische technologie is het net zo gesteld als met digitale gegevensuitwisseling: kansen worden onvoldoende benut. Er zijn verschrikkelijk veel goede voorbeelden van low tech, high impact innovaties. Als zorgverleners afwachtend blijven, dan zullen we ze een zetje in de rug gaan geven.”

Doel van de nationale agenda is aan de voorkant beter in beeld te krijgen wat de meerwaarde van MedTech is voor de kwaliteit van leven en de betaalbaarheid van zorg. Op die manier kan niet doelmatige inzet van technologie worden geweerd. Tegelijkertijd wordt gewaarborgd dat bij de inzet van wel doelmatige technologie alle betrokken partijen wat te winnen hebben: patiënten, zorgverleners en zorgverzekeraars.

De nationale agenda kent vier speerpunten:

  • Evenwichtige markt;
  • Gebruik in de thuissituatie stimuleren;
  • Gepast gebruik bevorderen: de juiste technologie bij de juiste patiënt;
  • Eenvoudige toegang tot hulpmiddelen.

 

Doe mee

Gerritsen besluit met een oproep: “We hebben alle input vanuit het zorgveld hard nodig. Blijf niet aan de zijlijn staan, maar doe met ons mee. Denk mee, praat mee en innoveer mee. Het ministerie kan er immers niet voor zorgen dat er meer technologie wordt ingezet in de zorg. Uiteindelijk zijn het de zorgorganisaties die het moeten implementeren. En leveranciers die het hun klanten zo makkelijk mogelijk moeten maken om hun technologie op de juiste manier in te zetten.”

 

 

 

Gerelateerde berichten...