Huisartsenketens onder de loep

Rube van Poelgeest

De twee toezichthouders voor de gezondheidszorg (IGJ en NZA) gaan nieuwe ketens van huisartsenpraktijken onder de loep nemen, zo staat in de krant. De toezichthouders maken niet bekend over welke huisartsenketens het onderzoek gaat.

In de afgelopen jaren zijn diverse huisartsenpraktijken overgenomen door bedrijven. Een daarvan is Arts en Zorg, een keten met 23 vestigingen. Een andere keten, Co-Med, heeft dertien vestigingen. Bij de inspectie loopt al enige tijd een onderzoek naar die laatste. Ook het Ierse bedrijf Centric Health – acht praktijken – wordt door de IGJ onderzocht, althans dat kondigde deze toezichthouder onlangs aan.

Volgens een woordvoerder van Centric Health zijn er echter geen meldingen binnengekomen en loopt er evenmin een onderzoek naar deze praktijk. Bij deze huisartsenketens hebben mensen vaker online-afspraken. Via beeldbellen kunnen ze hun zorgklachten delen met de huisarts.

De inspecties vinden dat zulke “innovatieve zorgconcepten belangrijk zijn om de toekomstbestendigheid van de huisartsenzorg te borgen”. Nederland heeft een tekort aan huisartsen, terwijl er juist meer vraag naar hen is doordat de bevolking vergrijst. Kortom, ook de inspecties vinden digitale implementaties interessant. Waarvan acte. Wel bestaat het risico, aldus IGJ en NZa, dat “de kwaliteit, bereikbaarheid en toegankelijkheid van zorg” bij de nieuwkomers onder druk komt te staan.

Nu weet ik dat de inspecties de kwaliteit van de zorg op een vrij grove manier meten. Zorginstellingen en huisartsen hebben een meldingsplicht voor wat betreft ernstige misstanden zoals calamiteiten. Fijnere indicatoren zijn eigenlijk niet beschikbaar. Zeker niet in de huisartsenzorg. Dat maakt mij nieuwsgierig naar hoe de inspecties de nieuwe huisartsentoetreders gaan meten. Welke indicatoren hanteren ze? Ik mag hopen de ‘echte’ die ertoe doen en het verschil maken. Maar zijn de betrokken inspecties daartoe in staat?

Voor mensen als ik, die zijn overtuigd van de toegevoegde waarde van IT, mits goed ingezet, is het interessant om te zien of deze nieuwe ketens ook strategisch gebruik (gaan) maken van nieuwe technologieën. In alle eerlijkheid heb ik daarvan tot nu toe weinig gezien. Natuurlijk zijn de nieuwe toetreders niet ‘getrouwd’ met de Nederlandse indeling van de zorg, waarbij zelfs de eerste lijn nog is opgedeeld. Zit daar misschien een opening voor nieuwe toetreders?

Wellicht kunnen ze zich specialiseren op bepaalde doelgroepen. Zo lees ik in een recent artikel in The Washington Post: “(…) eerstelijnszorg gericht op volwassenen van 65 jaar en ouder, een populatie die snel groeit naarmate de babyboomgeneratie ouder wordt. Het thuis behandelen van die bevolkingsgroep is een potentieel lucratieve markt: de omzet in de thuiszorg groeide tussen 2013 en 2020 met meer dan vijftig procent.”

Een voordeel van een dergelijke focus is dat bijvoorbeeld de verloskundige niet nodig is. Ik hoor u al denken: maar hoe zit het dan met het personeelstekort? Hier kunnen mooie thuismeettools helpen bij deze doelgroep. Tenzij die nieuwe toetreders voornamelijk bezig zijn met het draaien van omzet. Hoe dan ook, ‘het uur u’ nadert razendsnel.

De inspecties zijn nu aan zet. Of gaan we ook hierover nog even ‘polderen’?

Lees ook:
  • Ontluisterend resultaat
  • Wettelijke plicht nodig voor digitalisering

Gerelateerde berichten...