Helft Nederlanders bezorgd over online gedrag en misinformatie

nepnieuws en desinformatie misinformatie

Bijna de helft van de Nederlanders maakt zich zorgen over foutieve en misleidende informatie op sociale media. Het gaat dan vooral om zorgen over het gevaar dat mensen beïnvloed worden door misinformatie, onder meer bij verkiezingen.

Daarnaast zijn er zorgen over vervelende omgangsvormen online, zoals bedreigingen en beledigingen. Dit blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).

Dit onderzoek naar de mening van burgers over internet en sociale media is onderdeel van de nieuwe editie van het Continu Onderzoek Burgerperspectieven (COB). Dit is het doorlopende onderzoek van het SCP naar de stemming in ons land en het vertrouwen van Nederlanders in de politiek en instituties.

Zorgen om beïnvloeding

Hoewel een meerderheid (76 procent) voldoende vertrouwen in zichzelf heeft om onjuiste informatie te herkennen, maakt bijna de helft zich tegelijkertijd redelijk tot veel zorgen om foutieve of misleidende informatie op internet. Mensen zijn bezorgd dat anderen zich laten beïnvloeden door nepnieuws of dat nepnieuws tot polarisatie kan leiden. Door nieuwe ontwikkelingen in toepassingen van kunstmatige intelligentie (AI) betwijfelen sommigen ook of zijzelf in de toekomst foutieve of misleidende informatie nog wel kunnen herkennen.

Mensen maken zich daarnaast zorgen over online haatzaaien, bedreigingen, beledigingen en vervelende omgangsnormen. Ze denken dat deze negatieve omgangsvormen op sociale media invloed hebben op de manier waarop mensen in de fysieke leefomgeving met elkaar omgaan.

Online belediging vinden mensen onwenselijker dan nepnieuws. Meer mensen leggen de grens voor het beperken van de vrijheid van meningsuiting bij het beledigen van groepen (60 procent) dan bij het delen van onware informatie (48 procent).

Mogelijk komt dit doordat zij inzien dat het vaak lastig en complex is om de waarheid van informatie te toetsen of te bepalen. Ook maken mensen zich zorgen dat als de overheid meer zou ingrijpen, het moeilijker wordt om zorgen of problemen op sociale media aan de kaak te stellen. Bij illegaal gedrag als haatzaaien en bedreigingen (onder meer van politici) vinden zij dat er handhaving moet zijn, maar bij het overschrijden van fatsoensnormen is dat lastiger. Mensen denken immers verschillend over wat wel en wat niet fatsoenlijk is.

Internetregels

Mensen proberen zelf negatieve aspecten van sociale media te ontwijken, zoals de forse tijdsbesteding, vervelende omgangsvormen en misinformatie. Dat blijkt in de praktijk soms moeilijk. Zo is bijvoorbeeld de verleiding groot om tijd aan sociale media te besteden.

Door de negatieve aspecten van sociale media zien mensen het belang van regels voor gedrag en informatie. De meeste Nederlanders (71 procent) zien het vooral als een taak van de nationale overheid om regels op te stellen over wat je op internet en sociale media wel of niet kunt zeggen of delen. Hierna volgen de Europese Unie (64 procent), internetgebruikers (59 procent) en technologiebedrijven (50 procent).

De mate waarin burgers verantwoordelijkheid aan de overheid toekennen, hangt sterk samen met vertrouwen in die overheid. Mensen die twijfelen of het verstandig is om de overheid meer verantwoordelijkheid te geven voor online regels, vragen zich af of de overheid wel de capaciteit heeft om regels te handhaven en of je ook toekomstige regeringen deze verantwoordelijkheid kunt toevertrouwen.

EU-wet voor veilig online gebruik

Mensen denken dus genuanceerd over de voor- en nadelen van ingrijpen. Dat maakt het belangrijk dat overheden, maar ook bedrijven, burgers meenemen bij hun afwegingen over regels en beleid voor sociale media. Inmiddels heeft de EU een nieuw kader om regels te bepalen voor online diensten.

Op 25 augustus ging de Digital Services Act (DSA) in voor de grootste online platforms. Deze Europese wet beoogt een veiligere digitale ruimte voor gebruikers te creëren en heeft onder andere als doel om desinformatie en illegale inhoud te bestrijden.

Deze wet vraagt meer verantwoordelijkheid van online platforms. Uit het onderzoek blijkt dat burgers dit zien als een goed begin. Ze vinden strenge handhaving belangrijk want ze vertrouwen er niet helemaal op dat grote technologiebedrijven altijd handelen in het publieke belang.

Continu Onderzoek Burgerperspectieven

Het onderzoek van het SCP naar de mening van mensen over internet en sociale media is onderdeel van de nieuwe editie van het Continu Onderzoek Burgerperspectieven (COB). Dit is het doorlopende onderzoek van het SCP naar de stemming in ons land en het vertrouwen dat Nederlanders hebben in de politiek en instituties. Voor dit onderzoek zijn enquêtes gehouden (onder resp. 2102 en 1321 Nederlanders) en vier focusgroepen in april 2023.

Uit de resultaten van het COB blijkt dat het vertrouwen in de politiek laag blijft in vergelijking met de afgelopen vijftien jaar. Bijna 6 op de 10 Nederlanders heeft geen vertrouwen in de Tweede Kamer en de regering. Als belangrijkste reden voor de onvrede over het land en de politiek noemen burgers de opeenstapeling van problemen die niet (goed) worden opgelost.

Lees ook:
  • DSA: verplichtingen voor en toezicht op grootste online platforms
  • Hoe voorkom je dat jouw organisatie slachtoffer wordt van ransomware?

Gerelateerde berichten...