De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel Computercriminaliteit III aangenomen. Dit moet volgens de overheid de opsporing en vervolging van computercriminaliteit versterken. Deze wet wordt ook wel de ’terughackwet’ genoemd.
Volgens minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid heeft de ontwikkeling van de technologie ervoor gezorgd dat bestaande mogelijkheden moeten worden aangevuld. De nieuwe wet treedt naar verwachting op 1 januari 2019 in werking.
Vier jaar
In de nieuwe wet mag de politie de computers van vermeende criminelen hacken. Wel moet er een straf van ten minste vier jaar op het vermeende delict staan. Daar onder mag de politie niet hacken.
In de Eerste Kamer waren het GroenLinks, Partij voor de Dieren, 50PLUS, SP en de PVV de tegenstemmers. Deze partijen samen hadden niet genoeg voor een meerderheid.
Volgens de minister leert de ervaring dat ontsleutelen van gegevens steeds lastiger wordt. Niet alleen doordat de software geavanceerder wordt, maar ook omdat de aanbieder zelf niet altijd in staat is om de encryptie ongedaan te maken.
Afschermen
Dit speelt volgens Grapperhaus criminelen in de kaart. “Die kunnen zich afschermen van de overheid door gebruik te maken van encryptie. Door het anonieme gebruik van internet is het moeilijk de herkomst van communicatie en de locatie van gegevens te bepalen. We moeten voorkomen dat opsporingsonderzoeken naar ernstige criminaliteit vastlopen. Opsporingsdiensten moeten wel kunnen optreden, in het belang van de samenleving, maar ook in het belang van individuele slachtoffers of potentiële slachtoffers.”
Daarom mogen politie en justitie straks heimelijk en op afstand (online) onderzoek doen in computers. Dat kan een personal computer zijn, een mobiele telefoon of een server. Het geeft opsporingsambtenaren ruimte om verschillende onderzoekshandelingen toe te passen bij de opsporing van ernstige delicten. Zij kunnen gegevens ontoegankelijk maken of kopiёren, maar ook communicatie aftappen of observeren.
Waarborgen
Er gelden strikte waarborgen met het oog op controle en toezicht. Zo is er een uitgebreide rechterlijke controle op de toepassing. Dit geldt zowel voorafgaand aan de inzet – dat is de machtiging van de rechter-commissaris – als door de rechter ter zitting.
Daarnaast wordt de inzet van de bevoegdheid voorafgaand getoetst door de Centrale Toetsingscommissie, een adviesorgaan binnen het OM. De Inspectie Veiligheid en Justitie houdt toezicht op de uitvoering van het bevel van de officier van justitie.
Ook komt er meer bescherming voor minderjarigen en consumenten. Het wordt in de nieuwe wet wel mogelijk lokpubers in te zetten. Zij kunnen zorgen voor de opsporing en vervolging van ‘groomers’, die via internet minderjarigen benaderen voor seksuele doeleinden, te vergemakkelijken.
Volgens de minister kunnen met de nieuwe wet malafide verkopers die op internet herhaaldelijk goederen of diensten te koop aanbieden, maar niet leveren, makkelijker strafrechtelijk worden vervolgd.
Verder wordt heling van computergegevens als zelfstandig delict strafbaar. Zo kan ook strafvervolging worden ingesteld tegen degene die over gegevens van anderen beschikt zonder dat bewezen kan worden dat hij zelf die gegevens heeft overgenomen. Op grond van de afspraken in het Regeerakkoord wordt de wet over twee jaar geëvalueerd.