Van onbegrensde groei naar doelbewuste bloei

radartjes onbegrensde groei

“We bevinden ons in een periode van ongekende economische, sociale en technologische verandering. Met alle onzekerheid in de wereld is één ding zeker: organisaties in elke industrie keren zich naar u en uw technologische vaardigheden om meer met minder te kunnen doen.” Zo opende Microsoft topman Nadella zijn jaarlijkse Ignite bijeenkomst. Ondanks alle commerciële prietpraat die daarna volgde, zijn deze woorden veelzeggend voor 2023. In de huidige permacrisis van politieke instabiliteit en alles-te-korten-economie die ook nog eens moet verduurzamen, is snoeien om op een andere manier te bloeien de boodschap voor het nieuwe jaar.

Schaarste is alom aanwezig. Op het gebied van materialen, IT-talent, betrouwbare transportketens, energie, tijd, aandacht en soms zelfs hoop. Dat zijn allemaal belangrijke hulpbronnen in de IT-sector. Zo heeft de explosieve groei van de digitale samenleving de afgelopen decennia geleid tot krapte van kritische metalen zoals magnesium, kobalt, grafiet en lithium. In het spoor daarvan ook moeilijk te winnen aardmetalen als dysprosium, gadolinium en lanthanum. Grondstoffen die nodig zijn voor serverparken, mobiele telefoons, windmolens en batterijen voor elektrische auto’s. Naar verwachting zal de vraag naar zeldzame aardmetalen in de komende tien jaar met meer dan duizend procent toenemen. China bezit meer dan de helft van die voorraden van schaarse metalen. Nu al is 97% van de totale wereldproductie afkomstig van deze wereldmacht, wat dit tot de absolute alleenheerser maakt op dit gebied.

Regeneratieve innovatie

De leus ‘meer met minder’ – die al de nodige jaren de ronde doet – wordt nu gescandeerd in de context van de zogeheten permacrisis. In de UK werd deze term zelfs uitgeroepen tot woord van het jaar. Een permacrisis beschrijft het gevoel van voortdurende omwentelingen en onzekerheid. Zoals de opstapeling van Brexit, pandemie, klimaatverandering, oorlog in Oekraïne, politieke instabiliteit, energieschaarste en stijgende kosten van levensonderhoud. ‘Meer met minder’ is wellicht geen gezellige boodschap voor het nieuwe jaar, maar de hoop is dat schaarste aanzet tot regeneratieve innovatie.

Groene agenda in Europa

Zo gaat de Europese Unie flink de komende tien jaar sturen op groene IT. De digitale en groene transitie worden op die manier een vervlochten uitdaging. Meer digitalisering kan namelijk zorgen voor een kleinere carbonvoetafdruk dankzij bijvoorbeeld videobellen, real-time inzichtelijk maken van energieverbruik en het efficiënter maken van systemen. Nieuwe wet- en regelgeving wordt ingezet om de digitale transitie te vergroenen en organisaties klimaatneutraal of zelfs regeneratief te maken. Als bijvoorbeeld alle smartphones vanaf 2030 minimaal een jaar langer meegaan, scheelt dat een uitstoot van 2,1 Mt (miljoen ton) CO2 per jaar. Dat staat gelijk aan het verwijderen van 1 miljoen auto’s van onze wegen. Ook de overstap naar 5G moet helpen het energieverbruik drastisch te verlagen. En vergeet niet de transitie van de nu nog energieslurpende datacenters naar groene cloud-omgevingen.

Concurreren met CO2

Waar digitale en groene transities samenkomen, ontstaan ook nieuwe diensten, samenwerkingsverbanden en vraag naar andere kennis. De Nederlandse startup Coolgradient, dat energiekosten van datacenters tot wel 40 procent laat slinken, is daar een goed voorbeeld van. Maar ook IT-bedrijven die bij aanbestedingen concurreren met ‘een kleinere CO2 voetafdruk’ of de ‘inzet van energiezuinige programmeertalen’, laten zich gelden. Er bestaan inmiddels goed gefundeerde lijsten van hoe groen welke programmeertalen zijn.

Winnaars en verliezers

In dit nieuwe stadium van schaarste en overvloed zal er ook sprake zijn van organisaties die vooroplopen en achterblijven. In zijn boek Volt Rush – The Winners and Losers in the Race to Green beschrijft Henry Sanderson de wedloop voor mineralen en metalen. Veel bedrijven hebben nog geen flauwe notie dat deze strijd reeds in volle gang is.

Dit nieuwe perspectief van ‘meer met minder’ roept de vraag op uit welk vaatje organisaties gaan tappen om te profiteren van de golf aan veranderingen. Of traditionele vormen van innovatie voldoende zijn, is maar zeer de vraag. Dit vraagt zelfs om innovatie van innovatie.

Noodzaak als drijfveer

Daarbij is de hoop gevestigd op de grote noodzaak. Dat is tot nu toe altijd de belangrijkste drijfveer geweest om te innoveren. De IT-manager van de toekomst zal de man of vrouw zijn die op tijd ‘Nee’ zegt tegen projecten die niet of nauwelijks bijdragen aan een digitale duurzame samenleving. De IT-manager van de toekomst gaat blijmoedig aan de slag met een slank portfolio die tegelijkertijd de grootste impact realiseert. Het is diezelfde IT-manager die straks haarfijn weet wanneer in te zetten op grote hoeveelheden data of juist op ‘tiny data’. Ook weet deze IT-manager schaarste in personeel of grondstoffen om te zetten in geautomatiseerde processen die zowel klantvriendelijk zijn als tegemoetkomen aan nieuwe wet- en regelgeving op weg naar een duurzame samenleving.

Uiteindelijk gaat het vooral om een mindset waarbij focus op onbegrensde groei wordt ingeruild voor doelbewuste bloei. Bloeien in een duurzame economie. Meer met minder dus, maar dan wel in een organisatie die zichzelf verder ontwikkelt en floreert.

Lees ook:

Gerelateerde berichten...