CBS: Meisjes vaker dan jongens last van online stalken of laster

Jongere zit op de grond met smartphone privacyzorgen

Online stalken en online persten komt vaker voor bij meisjes dan bij jongens. Jongeren die homo, bisexueel of transgender zijn hebben vaker last van online stalking en pesten. Dat meldt het CBS in het onderzoek Digitale Veiligheid & Criminaliteit. Ruim 38 duizend mensen deden aan het onderzoek mee.

5,3 procent van de 12- tot 25-jarige internetgebruikers is in 2018 naar eigen zeggen wel eens online gepest, gestalkt of bedreigd. Dat zijn ruim 140 duizend jongeren. Meisjes hadden hier bijna twee keer zo vaak mee te maken als jongens (7,1 procent tegen 3,6 procent).

 

Vooral laster

Online laster kwam met 3,9 procent het vaakst voor. 1,9 procent van de jongeren kreeg naar eigen zeggen te maken met online stalken en 1,0 procent met bedreiging met geweld. Meisjes kregen vaker te maken met online stalking en laster.

Bedreiging met geweld kwam bij jongens en meisjes even vaak voor. In de jongste groep (12 tot 18 jaar) komen online incidenten met 6,4 procent vaker voor dan bij jongeren van 18 tot 25 jaar, waarvan 4,4 procent hier last van had.

 

Seksueel getinte incidenten

Van de jongeren kreeg 1,6 procent te maken met een seksueel getint incident en 4,0 procent met een niet seksueel getint incident. Seksueel getinte incidenten kwamen aanzienlijk vaker voor bij meisjes (2,8 procent) dan bij jongens (0,5 procent).

Van de homo- of biseksuele jongeren kreeg 11,4 procent in 2018 te maken met online incidenten. Dat is ruim twee keer zo vaak als heteroseksuele jongeren. Met name seksueel getinte incidenten werden door homo- of biseksuele jongeren (5,3 procent) vaker gerapporteerd dan door heteroseksuele jongeren (1,6 procent).

Meestal geen aangifte

Van de jongeren die te maken kregen met incidenten als online stalken voelde 43,4 procent na het laatste incident de emotionele gevolgen. Zij dachten er regelmatig aan terug, sliepen er slecht van of waren er erg boos over.

Desondanks gaf bijna de helft van de slachtoffers (48,9 procent) aan dat ze het incident weliswaar als verkeerd zagen, maar niet als een misdrijf. 11,3 procent omschreef het incident als toeval en 7,5 procent gaf zichzelf de schuld van het incident. Een kleine groep van 4,1 procent vond het incident wel een misdrijf.

Van de jongeren meldde 8,0 procent het incident bij de politie of een ander instantie en 36,7 procent vertelde over het incident aan familie, vrienden of een leerkracht. 4,8 procent deed uiteindelijk aangifte bij de politie.

 

Andere vormen ook

Ook andere vormen van online oplichting en criminaliteit groeien volgens het CBS. Slechts 1 op de 10 mensen die in 2018 zijn opgelicht bij een online aankoop kreeg de schade vergoed. Een derde had na het incident minder vertrouwen in digitale veiligheid. Vier op de 10 slachtoffers hadden ook emotionele gevolgen na het delict.

Gerelateerde berichten...