De snelle vorderingen in artificial intelligence (AI) zijn nu ook doorgedrongen tot beleidsmakers in Den Haag. Er wordt op initiatief van het ministerie van Economische Zaken gewerkt aan een nationale AI-strategie. Zoals dat gaat in Nederland worden stakeholders uit de wetenschap en het bedrijfsleven dan eerst gevraagd om input te leveren in de vorm van enquêtes, ronde tafels en diners. Gelukkig maar, want bij een complex onderwerp als AI is het belangrijk om eerst duidelijk te maken waar we het precies over hebben. En dat blijkt nog best lastig.
Tijdens een van die AI-diners moest ik denken aan de Amerikaanse futurist Roy Amara en zijn bekende wet over het voorspellen van de impact van technologie. Vrij vertaald: we hebben de neiging om de korte-termijn effecten van technologie te overschatten en de lange-termijn effecten te onderschatten. In het huidige AI-debat zie je de wet van Amara in de praktijk.
Kranten vragen zich af of we ooit onsterfelijk zullen worden en of we relaties met robots zullen hebben. Experts waarschuwen voor een ‘algemene AI’ die ons mensen op alle fronten overtreft. Kamerleden maken zich druk om een toekomst waarin robots een groot deel van ons werk uit handen nemen. Allemaal hele interessante onderwerpen, maar hoe groot is de kans nu echt dat deze scenario’s de komende tien jaar werkelijkheid worden? Of tijdens ons leven? Of zelfs in deze eeuw?
Aan de andere kant zijn er nu al waanzinnige toepassingen van AI die stilletjes een grote impact hebben op onze maatschappij. AI helpt ons om wijs te worden uit de enorme bergen data die we tot onze beschikking hebben. AI helpt artsen om betere diagnoses te stellen. AI adviseert de industrie over efficiënter en duurzamer produceren. AI zit in de vertaal-app op je smartphone, in de navigatiesoftware van je auto, in de aanbevelingen van Netflix op je tv.
De stille impact van AI is voor de komende vijf tot tien jaar moeilijk te voorspellen. Dat maakt het lastig om tot goede beleidsaanbevelingen te komen die ervoor zorgen dat we als land maximaal profiteren van deze technologie. Toch kan ik wel een aantal maatregelen bedenken. Maak overheidsgeld vrij om te investeren in de ontwikkeling van AI. Neem een voorbeeld aan Frankrijk, dat 1,5 miljard stopt in eigen AI-onderzoek. Zorg voor voldoende mensen met de juiste skills, bijvoorbeeld door AI-opleidingen te helpen het groeiende aanbod van studenten op te vangen. En maak bestaande subsidie-instrumenten als de WBSO geschikt voor AI-toepassingen.
Dat zijn helaas niet de meest sexy en mediagenieke maatregelen. In de media en in AI-debatten zullen de killerrobots en andere science fiction scenario’s voorlopig nog de boventoon voeren. En dat is prima. Zolang onze beleidsmakers de wet van Amara maar niet vergeten en maatregelen nemen die ons land de komende jaren écht vooruit helpen.