Bijna alle huisartsen in Nederland maken tegenwoordig gebruik van digitale toepassingen. Vooral het e-consult en online aanvragen van herhaalrecepten zijn in 2022 populaire en veelgebruikte toepassingen. Het gebruik hiervan is zelfs gestegen ten opzichte van 2020, tijdens de pandemie. De inzet van het videoconsult is daarentegen afgenomen ten opzichte van de beginperiode van de coronapandemie.
Dit blijkt uit onderzoek van het Nivel onder huisartsenpraktijken over het gebruik van digitale zorg in 2022. Tijdens de coronapandemie werd digitale zorg veelvuldig ingezet om zorg (op afstand) te kunnen blijven leveren. Mede door de toen behaalde successen wordt het gebruik van digitale zorg gezien als middel om de zorg betaalbaar, toegankelijk en van goede kwaliteit te houden, zo ook in de huisartsenzorg.
Daarom vroeg het Nivel huisartsen welke digitale toepassingen zij in 2022 gebruikten en wat de frequentie van het gebruik hiervan was. En of zij verwachten of dit wel of niet zal veranderen in de toekomst. Daarbij is ook meer specifiek gevraagd naar het gebruik van het e-consult, teleconsult, videobellen, online afspraken maken, telemonitoring en het online aanvragen van herhaalrecepten. De resultaten van dit onderzoek zijn vergeleken met die van Nivel-onderzoek uit 2020, over het gebruik van digitale middelen tijdens de coronapandemie.
Manieren van consult
Het e-consult, online aanvragen van herhaalrecepten en het teleconsult worden door bijna elke huisartsenpraktijk ingezet. Het gebruik hiervan is zelfs gestegen in vergelijking met het gebruik in 2020 tijdens de coronapandemie. Het e-consult wordt daarbij door een grote meerderheid van de praktijken dagelijks ingezet, terwijl het teleconsult eerder wekelijks wordt gebruikt. Ook biedt een ruime meerderheid van de praktijken de optie aan patiënten aan om online een afspraak in te plannen. Telemonitoring en videobellen worden daarentegen maar door een minderheid gebruikt. Als telemonitoring wel wordt ingezet, dan is dat ook het vaakst wekelijks. Videobellen wordt door gebruikers het vaakst maandelijks of maar enkele keren per jaar gebruikt. Het gebruik van videobellen is wel gedaald ten opzichte van 2020.
Gebruik digitale middelen
Het gebruik van de zes digitale toepassingen verschilt tussen verschillende praktijkvormen: het is het hoogst in groepspraktijken en het laagst in solopraktijken. Vooral het gebruik van videobellen is in solopraktijken over het algemeen lager dan in duo- en groepspraktijken. De verschillen in de inzet van digitale middelen tussen praktijken met of zonder praktijkmanager zijn daarentegen erg klein. Praktijken met een praktijkmanager zetten doorgaans iets vaker digitale toepassingen in dan praktijken zonder praktijkmanager. Bekijken we het gebruik van digitale toepassingen per regio, dan kunnen we constateren dat er enkele, met name kleine verschillen zijn tussen regio’s.