Hyperscale datacenters hebben dubbel zoveel energie nodig

datacenter digitale infrastructuur datacentersector restwarmte datacenters datacenterbranche datawarehouse

Nederlandse datacenters zullen dubbel zoveel energie nodig hebben. Dat komt vooral door de komst van hyperscale datacenters. Toch kunnen ze een cruciale rol spelen in het vergroten van het aanbod van duurzame energie.

Grote datacenters in Nederland zullen in 2030 naar verwachting 1,3 gigawatt (GW) aan stroom verbruiken. Dit staat tegenover 0,72 GW eind 2021. Dit blijkt uit een nieuw rapport van onderzoeksbureau BloombergNEF in samenwerking met Eaton en Statkraft.

Dit cijfer is een gemiddeld groeiscenario. Het rapport schetst een agressiever groeiscenario, waarbij het verbruik tegen 2030 1,5 GW zal bedragen.

Hoewel men datacenters nu over het algemeen ziet als stroomverbruikers, concludeert het rapport dat ze eigenlijk een ongebruikte energiebron zijn. Datacenters, en zeker de hyperscale datacenters kunnen het elektriciteitsnet  ondersteunen en integratie van duurzame energiebronnen stimuleren.

Energieopwekking

Het rapport, Data Centers and Decarbonization: Unlocking Flexibility in Europe’s Data Centers, onderzoekt de groei van datacenters in vijf landen. Dit zijn naast Nederland, Duitsland, Ierland, Noorwegen en het VK. Een van de onderzoeksgebieden is hun potentieel om bij te dragen aan de flexibiliteit van het elektriciteitsnet.

In heel Europa zullen wind- en zonne-energie tegen 2030 naar verwachting 60% van de totale energieopwekking uitmaken. Dit zal een grotere behoefte aan flexibiliteit met zich meebrengen. Het rapport benadrukt dat een groter bewustzijn van de flexibele mogelijkheden van datacenters noodzaak is. Dat geldt niet alleen bij beheerders en gebruikers, maar ook bij netbeheerders en regelgevers.

Datacenters in de vijf onderzochte landen zouden volgens het rapport in totaal 16,9 GW aan flexibiliteit kunnen leveren via hun lokale Uninterruptible Power Supply (UPS), back-up-generatoren, back-upbatterijen en load-shifting. Dat is meer dan de verwachte energievraag van de datacenters zelf. Deze bronnen kunnen in principe elk afzonderlijk flexibiliteit bieden aan het elektriciteitsnet: door minder energie te verbruiken of de energie te exporteren.

Van de verschillende middelen vertegenwoordigen UPS-systemen op korte termijn de meest aantrekkelijke bron van flexibiliteit. Ze werken op batterijtechnologie en op grote schaal in gebruik in datacenters. Bovendien zijn ze bijzonder geschikt voor snelle frequentierespons (FFR), een dienst die netbeheerders moet helpen een stabiele schakelfrequentie te behouden.

In het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Noorwegen zouden de UPS systemen van datacenters meer dan genoeg kunnen zijn om aan de totale FFR-vraag te voldoen. Sommige beheerders experimenteren al met het aanbieden van dergelijke diensten via hun UPS systemen.

Toch blijkt uit het rapport dat beheerders van datacenters twijfelen over het inzetten van deze bronnen ter ondersteuning van het energienet. Redenen zijn bijvoorbeeld dienstenniveau-overeenkomsten met klanten. Sommigen is het nog onduidelijk wat de voordelen zijn en hoe het werkt.

BNEF schat daarom in dat tegen 2030 slechts 3,8 GWaan flexibiliteit van datacenters benut zal worden. Dat is minder dan een kwart van de 16,9 GW aan potentiële capaciteit in deze vijf landen. Dat komt neer op 1,7% van de verwachte piekbelasting.

In een vergelijking van de vijf landen in kwestie blijkt dat elk van hen te maken heeft met andere uitdagingen en kansen als het aankomt op datacenters en hun mogelijkheden op het elektriciteitsnet. Gedreven door de groeiende vraag naar rekencapaciteit en gegevensopslag, zowel van bedrijven als van eindgebruikers, kunnen in het gemiddelde groeiscenario hyperscale- en colocatiedatacenters in 2030 goed zijn voor maar liefst 24% van de energievraag in Ierland, 8% in Nederland en 5% in het Verenigd Koninkrijk. In Noorwegen en Duitsland daarentegen is er meer ruimte voor groei: datacenters zullen in 2030 naar verwachting slechts 2% van de energievraag van elk land uitmaken.

Ierland kent een volwassen markt, dankzij jarenlange investeringen in hyperscale datacenters, en zal waarschijnlijk blijven groeien ondanks enkele uitdagingen bij de integratie van datacenters in het elektriciteitsnet. Ierland, het Verenigd Koninkrijk, Nederland en Duitsland zullen naar verwachting hun datacentercapaciteit met 80-104% zien toenemen tussen 2021 en 2030.

Noorwegen zal tussen 2021 en 2030 naar schatting een groei van 205% zien in de energievraag vanuit datacenters. Dit is te verklaren door gunstige energieprijzen en een hoog aandeel schone energie in vergelijking met andere landen, waardoor het een aantrekkelijke locatie is voor datacenters die willen ‘vergroenen’.

Lees ook:

Gerelateerde berichten...