Autodesk, Inc. (NASDAQ: ADSK) en managementadviesbureau FMI Corporation hebben vandaag de resultaten bekendgemaakt van nieuw onderzoek waarin meer dan 3.900 professionals in de wereldwijde bouwsector ondervraagd werden over data-management en de uitdagingen en voordelen daarvan. Onder de ondervraagden waren 1.115 Europese respondenten.
In het onderzoek schatten Autodesk en FMI dat “slechte data” – data die onnauwkeurig, onvolledig, ontoegankelijk, inconsistent of niet op tijd is – de wereldwijde bouwsector in 2020 mogelijk € 1.58 biljard heeft gekost. De belangrijkste inzichten die volgen uit de antwoorden van de Europese respondenten, gespecificeerd met antwoorden uit de Benelux* zijn:
Bedrijven in de bouwsector genereren meer data dan ooit, maar slechts 39% is bruikbaar
- 82% van de professionals verzamelt meer data van bouwtechnologie dan drie jaar geleden, bij 43% is dit een stijging van 50% of meer. 39% zegt dat minder dan de helft van de data bruikbaar is. Het data-volume in de Benelux is iets minder toegenomen; 36% van de Benelux respondenten ziet een stijging in data-volume van meer dan 50%
- 40% zegt dat de data van organisaties slecht is, d.w.z. inaccuraat, incompleet, inconsistent of niet op tijd beschikbaar. In de Benelux ligt dit percentage op 42%
- Er zijn problemen met data in het hele data-proces, van weten welke data te verzamelen (51%) tot het effectief managen van projectdata (52%).
- 64% maakt geen gebruik van data in beslissingstrajecten
- 70% van de professionals zegt dat er door tijdsdruk steeds sneller beslissingen genomen moeten worden genomen
Slechts 9% van de Europese respondenten maakt altijd gebruik van project data in beslissingstrajecten. 28% gebruikt project data vaak en 63 % soms of (bijna) nooit. De gemiddelde percentages in de Benelux wijken niet veel af.
Nederland is een uitschieter voor wat betreft het gebruik van projectdata in beslissingstrajecten: 44% gebruikt deze altijd of vaak (België: 28%, Luxemburg 24%) Slechte projectdata resulteert in 41% van de gevallen in slechte beslissingen, in de Benelux ligt dit percentage met 44% iets hoger.
Een derde heeft geen datastrategie
- 58% van de ondervraagde bouwbedrijven heeft een formele datastrategie en een derde beschikt hier niet over. Van de respondenten in de Benelux zegt 54% een formeel dataplan te hebben.
- Bedrijven met een datastrategie ervaren minder veiligheidsincidenten, afname van gewijzigde orders, minder vertraagd werk en minder werk dat overnieuw gedaan moet worden
- 34% heeft geen datastrategie door gebrek aan leiderschap en organisatorische ondersteuning
44% zegt dat datamanagement en analyse skills belangrijk zijn voor project management medewerkers om hun werk in de toekomst effectief te kunnen doen. Dit percentage ligt lager in de Benelux; 32% van de Benelux professionals zegt dat datamanagement en analyse skills belangrijk zijn in de toekomst effectief te kunnen werken.
36% van de organisaties biedt training aan op het vlak van data-analyse
Gebrek aan leiderschap en organisatorische ondersteuning zorgt ervoor dat 34% geen formele datastrategie heeft, wat ook bij 37% van de Benelux organisaties het geval is.
Sander Lijbers, District Manager Benelux en Oost-Europa bij Autodesk Construction Solutions over de onderzoeksresultaten: “37% van de ondervraagde Benelux professionals zegt dat er 50 – 75% meer projectdata gegenereerd wordt dan 3 jaar geleden. Jammer genoeg loopt men tegen diverse belemmeringen aan als het gaat om het gebruik van deze data middels een data management plan, waarbij het de grootste management uitdaging is (52%) te bepalen welke data te verzamelen.
Terwijl de bouwsector zijn snelle digitalisering voortzet, is het belangrijk te weten dat het nut van technologie verder gaan dan de directe functies, en dat er met data-gedreven inzichten risico’s en kansen geïdentificeerd kunnen worden. Organisaties die formele datastrategieën implementeren, halen de meeste ROI uit hun investeringen in technologie, dus het is belangrijk om samen op te trekken, advies in te winnen en samen te bepalen welke data te verzamelen en hoe deze te gebruiken.”
*voor dit onderzoek werden 304 respondenten in de Benelux ondervraagd, gelijk verdeeld over Nederland, België en Luxemburg
