Kamer volgt advies BIT over reisdocumentenstelsel

Toekomst

De Tweede Kamer gaat het advies van het Bureau ICT Toetsing, BIT, over verbetering van het  reisdocumentenstelsel volgen. Dat zegt staatssecretaris Knops van Binnenlandse Zaken in een Kamerbrief.

Het BIT maakt zich vooral zorgen om het tempo van invoering. In een advies van eind vorige maand. Het bureau constateert dat een te hoog tempo te hoge risico’s met zich meebrengt.

Het gaat vooral om een opeenstapeling van risicovolle keuzes in zowel beleid, ICT en wetgeving. Daarnaast zou de gehanteerde aanpak leiden tot onvoldoende resultaten. Verder ontbreekt een goede uitwerking rond beveiliging en privacy.

 

Noodzakelijk

BIT wil graag dat alleen de noodzakelijke activiteiten voor een centraal register van alle uitgegeven reisdocumenten wordt uitgevoerd. De focus komt dan te liggen op sneller opleveren van resultaten en uitwerken van de kaders voor beveiliging en privacy.

Door deze ingrepen kan het programma VRS een groot deel van de knelpunten gerichter en met minder risico’s oplossen. Het BIT wil ook dat de rest van de activiteiten in een apart project komen. Verder mag er pas een besluit vallen over de voortzetting als er duidelijkheid is over de beleidsmatige keuzes die tot wetgeving over biometrie moeten leiden. Ook de keuzes over leveranciers en technologie moeten eerst duidelijk zijn.

Verouderd

Knops stelt in de brief dat de ICT-architectuur achter de aanvraag en uitgifte van paspoorten en id-kaarten gedateerd zijn. De uitgevende instanties uit verschillende (centrale en decentrale) registers zijn daarbij niet altijd bijgewerkt, terwijl er wel informatie verzameld moet worden. Dit is een tijdrovend en fout- en fraudegevoelig proces. Een kwaliteitsslag is dus dringend nodig.

Volgens het BIT moet VRS een groot aantal ingrijpende veranderingen doorvoeren. Dat is vooral in het systeemlandschap van het reisdocumentenstelsel. Vooral op die punten moet het risicoprofiel stukken lager worden.

Basisregister

De bedoeling is dat uiteindelijk het nieuwe basisregister verder wordt uitgebouwd en beter in lijn komt met de wijziging van de Paspoortwet. Die werd veranderd vanwege de invoering van de elektronische identificatie (eNIK). In dit nieuwe basisregister staan gegevens die nodig zijn voor nieuwe aanvragen en over vermiste, gestolen en van rechtswege vervallen documenten. Dit wordt een centraal register.

De bedoeling is dat alle aanvraaggegevens uit de decentrale Reisdocumenten en de Aanvraag en Archiefstations (RAAS-en) worden overgezet naar het centrale basisregister in een overheidsdatacentrum. Dus ook alle historische gegevens. Zo ontstaat één compleet centraal reisdocumentenstelsel, digitaal benaderbaar, waarin alle gegevens over uitgegeven documenten zitten.

De biometrische gegevens moeten apart in een overheidsdatacentrum staan. Uitgevende instanties moeten nu nog bellen of e-mailen om deze gegevens van een andere instantie te ontvangen. Dit doen zij om de identiteit van een aanvrager te kunnen controleren op het moment dat er binnen de eigen reisdocumenten-administratie geen historie van deze persoon beschikbaar is. Dit is bijvoorbeeld nadat iemand is verhuisd.

Het opvragen zal na deze wijziging via dit overheidsdatacentrum verlopen. Deze gegevens blijven onder decentrale verantwoordelijkheid. In deze voorziening worden verder geen persoonsgegevens opgeslagen. Hierdoor is de biometrie binnen de voorziening niet direct tot een persoon te herleiden.

Veranderingen

Naar aanleiding van het BIT-advies wordt nu eerst de functie van VRS beperkt. Verder gaat de overheid zorgen dat de aanpak leidt tot snel implementeerbare resultaten. Verder wordt de beveiliging en privacy beter uitgewerkt. De resterende activiteiten komen terecht in een apart project, maar daarvoor moet eerst duidelijkheid komen over de beleidsmatige keuzes, de keuze van leveranciers en technologie. De nieuwe versie zal over twee jaar zo goed als rond zijn. Volgend jaar komt er eerst een praktijkproef.

 

Gerelateerde berichten...