Nederland, Denemarken en Duitsland zijn de top 3 landen voor remote werken, volgens nieuw onderzoek van cybersecuritybedrijf NordLayer. Vorig jaar creëerde het bedrijf de Global Remote Work Index (GRWI), die bekijkt wat de beste en slechtste landen zijn voor werken op afstand op basis van vier verschillende criteria: cyberveiligheid economische veiligheid, digitale en fysieke infrastructuur en sociale veiligheid.
Vier indexdimensies
Dit jaar heeft NordLayer 108 landen beoordeeld, vergeleken met 66 vorig jaar. De index werd samengesteld door landen te beoordelen en te vergelijken aan de hand van vier indexdimensies. Onder elke dimensie vallen verschillende kenmerken (subdimensies) die samen helpen om de algemene aantrekkelijkheid van remote werken te evalueren. Zo zien de dimensies eruit:
1. Cyberveiligheid — infrastructuur, reactiecapaciteit en wettelijke maatregelen.
2. Economische veiligheid — aantrekkelijkheid van toerisme, beheersing van de Engelse taal, kosten van levensonderhoud en gezondheidszorg.
3. Digitale en fysieke infrastructuur — internetkwaliteit en -betaalbaarheid, e-infrastructuur, e-overheid en fysieke infrastructuur.
4. Sociale veiligheid — persoonlijke rechten, inclusiviteit en veiligheid.
Nederland op tweede plaats
Nederland staat op de tweede plaats in de algemene GRWI-lijst, met een uitzonderlijke prestatie op het gebied van sociale veiligheid (2e). Dit is geen verrassing, gezien de uitgebreide persoonlijke rechten die burgers genieten (3e) en de inclusieve cultuur (6e). Nederland scoort ook vrij hoog op het gebied van digitale en fysieke infrastructuur (8e), economische veiligheid (11e) en cyberveiligheid (17e).
Verdere verbeteringen op het gebied van gezondheidszorg, waar Nederland op de 16e plaats staat, zouden remote werken in Nederland nog aantrekkelijker kunnen maken. Scandinavië is duidelijk koploper op dit gebied, met Zweden, Noorwegen en Denemarken in de top drie wereldwijd.
Nederland staat op de 17e plaats in de algemene cyberveiligheidsranglijst, maar de omvang van de uitdagingen waarmee het land als belangrijk economisch en digitaal knooppunt wordt geconfronteerd, rechtvaardigt de statistische tekortkomingen. Het Nederlands Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC) biedt het land onder andere een hoge responscapaciteit voor cybercriminaliteit (3e), terwijl de cyberbeveiligingsinfrastructuur (11e) en wetgeving (9e) iets achterblijven op de ranglijst.
Nederland gaat ruim op kop in de Benelux
Nederland ligt ver voor op de rest van de Benelux-landen wat betreft de algemene GRWI-ranglijst, met België op de 12e en Luxemburg op de 27e plaats. Het punt dat Nederland het meest onderscheidt van zijn buren is de sociale veiligheid, waar het duidelijk aan kop gaat (2e), met Luxemburg op de 9e plaats en België op de 27e.
Ook wat betreft economische veiligheid neemt Nederland de leiding (11e), hoewel België op de voet volgt op de 12e plaats. Luxemburg staat een heel stuk lager. Dit is vooral te danken aan de aantrekkelijkheid van Nederland als toeristische bestemming (4e) en het wijdverbreide gebruik van het Engels (2e), terwijl het wat betreft gezondheidszorg en kosten van levensonderhoud een middenpositie inneemt.
Op het gebied van cyberveiligheid doet België (9e) het beter dan Nederland en Luxemburg. En op het gebied van fysieke en digitale infrastructuur staat Luxemburg (7e) op de eerste plaats, gevolgd door Nederland.
